Sorry, you need to enable JavaScript to visit this website.
HERE COMES SECONDARY NAVIGATION
Terug naar overzicht

Viool - altviool

De viool is de kleinste van de strijkersfamilie. Maar ook de populairste! In het grote orkest zijn er meer violen dan welk ander instrument ook. En dat komt doordat ze meestal belangrijke melodieën moeten spelen en niet zo stevig klinken.

Je laat het instrument op je linkerschouder rusten en houdt het vast met je kin. De vingers van de linkerhand duwen de snaren op de juiste plaats naar beneden. Zo wordt de toonhoogte gevormd. Om dat te kunnen horen hebben we de rechterhand nodig: die neemt de strijkstok vast en kiest welke snaar die zal strijken: mi, la, re of sol.

In het orkest heb je ook nog een groep ‘tweede violen’: die spelen de tweede hoogste partij. Tot slot heb je nog de altviolen. Deze instrumenten zijn groter en klinken al flink wat lager.