tokkelinstrument
Leo Fender vond ‘the precision bass’ in 1951 uit, als alternatief voor de contrabas. Hij noemde die spottend omwille van zijn grootte ‘een hondenhok’. Er zijn flink wat gelijkenissen met de contrabas: beide hebben vier snaren; ze worden vaak ook gestemd in E-A-D-G en zijn onmisbaar omdat ze de baspartij spelen. De grote verschillen zijn ook wel heel opvallend: de basgitaar is veel kleiner. Geen grote klankkast, maar een versterker helpt de gitaar klinken.
Ondertussen is de basgitaar uitgegroeid tot veel meer dan een begeleidingsinstrument. Door de expressieve mogelijkheden van het instrument, experimenterende gitaarbouwers en basgitaristen, kan je zelfs als solist aan de slag. Daardoor vind je ook wel verschillende modellen. Met frets, zonder frets, met 5 of 6 snaren, ...
Je bespeelt de bas meestal met wijsvinger en middelvinger. Met een plectrum, plukken, hameren, of tokkelen met vier vingers kan ook. Bovendien kan je nog eens effectpedalen met je voeten bedienen. Eindeloze mogelijkheden!